Energie-U op de koffie bij ... Robert Harmsen

In deze rubriek gaan we op de koffie bij allerlei partijen die een rol spelen in de Utrechtse warmtetransitie zoals het Copernicus Instituut van Universiteit Utrecht, meer in het bijzonder: Robert Harmsen. Door deze informatieve en inspirerende gesprekken willen we alle Utrechters positief deelgenoot maken van de warmtetransitie in onze stad.

In de tuin bij Robert Harmsen van het Copernicus Instituut

Zijn Utrechtse wooncarrière begon met een kortstondig verblijf op een studentenkamer in Maarssen. Inmiddels is hij aan zijn vierde woning in Lunetten toe. Zijn carrière in de energietransitie begon als student op de Utrechtse universiteit, waar hij na werk voor het Projectbureau Warmte/Kracht, ECN en Ecofys, inmiddels alweer zo’n tien jaar terug is. 

We spreken met de trotse Lunettenaar Robert Harmsen. Werkzaam bij het Copernicus Instituut van Universiteit Utrecht*, waar hij zich bezighoudt met de energietransitie in de Nederlandse gebouwde omgeving. In zijn vrije tijd is Robert actief in de Werkgroep energietransitie Lunetten. Thuis veranderde hij de instelling van de vloerverwarming: van de hele dag op dezelfde temperatuur terug naar ‘s ochtends wat kouder en ‘s avonds wat warmer. Een beetje naar hoe het was toen we ons huis met radiatoren verwarmde. 

We spreken Robert in de tuin achter zijn huis. “Jaren geleden had de gemeente Utrecht een fantastische subsidieregeling voor zonnepanelen. Als je met vijf huishoudens was, kon je subsidie krijgen. Er was ook subsidie van de rijksoverheid, dus je kreeg het bijna cadeau. Ik ging het hele rijtje huizen in de straat langs, maar het lukte niet. Wel trok de buurman de stekker uit de oude koelkast, dus helemaal voor niks was het ook niet.”

“Waarom zetten we niet vol in op besparing en isolatie? Er zijn nog zoveel huizen en mensen die daar veel aan hebben."

Meer comfort, gezondheid en lagere kosten

Robert deed onlangs onderzoek naar hoe woningeigenaren goed meegenomen kunnen worden in de warmtetransitie. De resultaten van zijn onderzoek lees je hier.

“Waarom zetten we niet vol in op besparing en isolatie? Er zijn nog zoveel huizen en mensen die daar veel aan hebben. Met de focus op hoger comfort en gezondheid, met een lagere rekening als bijeffect. Per woningtype een specifiek aanbod en doorpakken. Mensen massaal benaderen. Goede aanbieding, ontzorging, het ze makkelijk maken. Met veel aandacht voor communicatie. Een eerste ronde om te leren, volledig transparant over de resultaten, ook de miskleunen. Daarna een tweede ronde waarin we alles beter doen.

"Omdat we alleen gemiddelde waarden hebben maar geen gemiddelde mensen, is de energietransitie van de particuliere woningeigenaren zo ontzettend moeilijk. Van bovenaf wordt het op beleidsniveau als eenheidsworst gebracht."

Gemiddelden en eenheidsworst

Robert werkt dus bij het Copernicus Instituut. Dat is een onderdeel van de faculteit Geowetenschappen. Robert houdt zich hier bezig met de energietransitie in de gebouwde omgeving. Fanny en Sander (links en rechts op bovenstaande foto) krijgen in zijn zonnige tuin een kort college. 

“Als je het over energie hebt, gaat het heel snel over elektriciteit. Warmte is een ondergeschoven kindje, wat nu begint te groeien. Maar nog altijd speelt het zich af in een bubbel. Ook is er nog weinig houvast om goede analyses te doen. Er zijn veel dingen die we niet weten: over ramen die open of dicht zijn, over hoe vaak en lang we douchen. Daar zijn geen goede databestanden van. Dat maakt rekenen aan de warmtetransitie lastig. Het gaat nu altijd over gemiddelden voor verbruik en kosten en er is geen gemiddelde.” 

“Omdat we alleen gemiddelde waarden hebben maar geen gemiddelde mensen, is de energietransitie van de particuliere woningeigenaren zo ontzettend moeilijk. Van bovenaf wordt het op beleidsniveau als eenheidsworst gebracht. Daarnaast is mindset ook belangrijk. Sommige gemeenten maken gebruik van doelgroepsegmenterig, maar binnen dezelfde doelgroep zijn de klokken niet per se gelijk. Verhuisplannen, gezinsuitbreiding of scheiding, een nieuwe baan of juist een baan kwijtraken: het kan allemaal zorgen dat de aandacht bij andere zaken ligt. De “transitiemotivatie” is dus ook belangrijk; hoe staan mensen individueel erin? Dat is niet afhankelijk van opleiding of inkomen en maar moeilijk in cijfers of kaarten te vatten.”

Proeftuinen

Sinds 2018 zijn er vanuit het Programma Aardgasvrije Wijken in Nederland ‘proeftuinen aardgasvrij’. Meer informatie over die proeftuinen lees je hier. De proeftuinen zijn ontwikkeld om te leren. “Onze conclusie nu is dat er nog niet veel geleerd wordt. We leren vooral dat het moeilijk is… Het gros opteert voor hoge temperatuur-warmtenetten zonder isolatie van huizen. Precies wat we niet moeten doen. Wel levert het een goede businesscase voor energiebedrijven. Maar als proeftuin is het zonde van het geld.”

“Dat geld van de eerste ronde (120 miljoen euro) had heel anders verdeeld moeten worden. Het zijn nu 27 projecten, verdeeld over het hele land. Focus op vijf projecten was wellicht beter geweest. Nederland heeft sowieso de boot al redelijk gemist. Beter bouwen had al veel eerder gemoeten. Vanaf het Vinexbeleid, dus jaren ‘90, was verplicht aardgasvrij al een optie. Dat had ons nu 1 miljoen woningen aardgasvrij maken bespaard. Bouwbedrijven hebben dat lang tegengehouden” 

Is Robert dan alleen maar kritisch over de Proeftuinen? “Nee. Er zitten ook hele aardige voorbeelden bij, zoals in Groningen. De wijk Paddepoel bleek helemaal niet zo gecharmeerd van het Groningse warmtebedrijf en nu is daar een eigen wijkwarmtebedrijf in ontwikkeling. 

Ook Terheijde, gemeente Drimmelen, nabij Breda, waar gewoon een warmtenet wordt aangelegd in het dorp in een goed voorbeeld. Dat gebeurt nu! Warmteopwekking uit het lokale riviertje, met een grote warmtepomp ernaast. Nog wel naar een vrij hoge temperatuur, dat is jammer; isoleren hoeft dan niet per se.”

"Woningen comfortabeler en gezonder maken met als gevolg dat de energierekening daalt, kan veel makkelijker mensen meekrijgen."

Weerstand

De weerstand voor aardgasvrij wonen vindt Robert vergelijkbaar met die van windmolens op land. “Bij wind op land ging de subsidie naar steeds hogere vermogens van de windturbines, en dus ook naar hogere masten. Met als gevolg een explosie van lokale weerstand. Terwijl we ook hadden kunnen zeggen dat masten van 70 meter hoog heel goed bij Nederland passen. De gedachte erachter begrijp ik wel: via grote turbines komen we sneller bij de landelijke doelstelling. Maar dat leidt dus tot weerstand. Bij aardgasvrij wonen zien we nu hetzelfde: hoog inzetten voor grote stappen. Dan ontstaat er weerstand en komt er niets tot stand. Woningen comfortabeler en gezonder maken met als gevolg dat de energierekening daalt, kan veel makkelijker mensen meekrijgen.”

Werkgroep energietransitie Lunetten

Het is belangrijk hoe je verandering brengt in je wijk. “Met onze Werkgroep energietransitie Lunetten** zijn we geen buurtinitiatief maar een werkgroep. Toen we begonnen hadden we nog de ambitie dat een jaar later het NOS-journaal langs zou komen voor een reportage over dat de helft van de bewoners deelnam aan allerlei isolatie acties. Na onze grote bijeenkomst in februari 2019, op een zonnige zaterdagmiddag, raakte dit snel uit beeld. Van de zevenduizend mensen in Lunetten kwamen er ruim honderd opdagen, waarvan een kleine minderheid vond dat we nu echt iets moesten gaan doen (ruim tien mensen) en een kleine minderheid kwam om onze snode plannen in de gaten te houden. En dat terwijl we van te voren ook nog een enquête (met vergelijkbare respons) hadden verstuurd en heel veel aandacht aan goede communicatie hadden besteed. Onze communicatie was zelfs zodanig dat mensen dachten dat het aardgasvrij maken van Lunetten al echt een feit was!” 

Hoe kijk je hier nu op terug? “Ik ben heel enthousiast over de bijeenkomst en de aanloop ernaartoe. En ook teleurgesteld in de uitkomst. Het doorlopen proces geeft aan hoe moeilijk het is om een beweging in de buurt op gang te brengen als er niet iets hard en concreet speelt. En ook hoe afhankelijk het is van individuen bij de gemeente en in de buurt.”

*De website van het Copernicus Instituut van Universiteit Utrecht vind je hier.
**De website van Werkgroep energietransitie Lunetten vind je hier.

De Utrechtse energiecoöperatie Energie-U wil graag dat alle Utrechters zich positief deelgenoot voelen van de warmtetransitie in onze stad. Dit doen we door te informeren, inspireren en activeren. Een nieuwe activiteit is de rubriek ‘Energie-U op de koffie bij…..’ waarin we bijpraten met allerlei partijen die een rol spelen in de Utrechtse warmtetransitie. We hebben het over actuele ontwikkelingen, over wat ons bezighoudt, over hoe we beter en resultaatgericht kunnen samenwerken. Ken jij een partij die in deze serie niet mag ontbreken? Of heb je een brandende vraag waar je graag het antwoord op wilt? Geef het aan ons door via info@energie-u.nl.